Er gaat vrijwel geen dag voorbij of Richard de Mos’ lokale partij Hart voor Den Haag haalt de publiciteit. Een willekeurige week: ‘Hart voor Den Haag wil harde aanpak voor schoolveiligheid’. ‘Hart voor Den Haag wil onderzoek naar social media-monitoring politie’ en ‘Hart voor Den Haag wil meldpunt voor vrouwen onveilige plekken’.
Tja Hart voor Den Haag wil van alles. Er moet iemand op ’t partij-kantoor dagwerk hebben aan het tikken van al die persberichten. Ik stel me voor hoe er elke ochtend een kleine brainstorm wordt gehouden waar Hart voor Den Haag het vandaag eens over kan hebben. Daarna wordt bekeken wie van de fractie zich over dit onderwerp ontfermt en kunnen de e-mails eruit naar AD|Haagsche Courant, Omroep West, Den Haag FM, Den Haag Centraal en uiteraard naar deze nieuwssite.
Met een beetje geluk wordt het item soms ook landelijk opgepikt. Dan haalt De Mos De Telegraaf, Volkskrant en NRC en zit hij ’s avonds in een talkshow om met een grap en grol te verkondigen wat er allemaal fout gaat in zijn mooie stad en hoe zijn partij het beter zou doen. Dat is overigens niets nieuws voor Richard de Mos: in zijn tijd als PVV-kamerlid wist hij op eigen kracht ook al veel aandacht te trekken. Misschien wel iets teveel naar de zin van Wilders, want uiteindelijk kwam De Mos tot zijn eigen verrassing niet meer op de kieslijst voor.
Wipkip
De publiciteitsmachine van Hart voor Den Haag werkt effectiever dan van welke andere Haagse gemeenteraadsfractie ook. Het maakt niet uit of ’t over een groot onrecht dan wel een schrijnende situatie gaat of over een scheefliggende stoeptegel of defecte wipkip in de speeltuin. Hart voor Den Haag heeft oog voor alles wat er gebeurt. En laat dat graag breeduit weten. Richard de Mos begrijpt - nog beter dan die publiciteitsgeile Bart Chabot - perfect hoe de journalistiek daarop inspeelt.
In De Mos’ voordeel werkt dat veel media het zwaar hebben. Advertentie-inkomsten slinken, abonnee-aantallen dalen. Er wordt op redacties tegenwoordig met zo min mogelijk personeel gewerkt. Verslaggevers komen nauwelijks op straat. Ze plukken hun informatie makkelijker van internet. Interviews bij mensen op locatie zijn een uitzondering. Een paar citaatjes halen over de telefoon is voldoende. Elk persbericht dat gratis binnen komt, is dus van harte welkom.
Gemakzuchtig
De Mos begrijpt als geen ander dat het politiek loont om constant in de belangstelling te staan. Waar andere partijen pas in actie komen als er verkiezingen aan komen, blaast Hart voor Den Haag continu op de Trumpet. Elke wijk waar iets aan de hand is, mag zich in de aandacht van Hart voor Den Haag verheugen. Hoe oprecht die aandacht is, doet er niet toe. Bewoners, ondernemers en andere stemgerechtigden krijgen het gevoel dat er tenminste één partij in de stad is die zich hun lot aantrekt.
Je kan De Mos moeilijk verwijten dat hij handig gebruik maakt van het sentiment bij ’t publiek en de gretigheid bij de media. Eerder mag je je afvragen hoe het kan dat andere partijen - notabene merendeels met een landelijke traditie en ruimer budget - zo gemakzuchtig zijn en zich zó makkelijk in de schaduw laten plaatsen?
Sinds begin dit jaar wist Hart voor Den Haag een kleine 150 keer deze site te halen. De partij wilde ondermeer een metro naar winkelcentrum Leyenburg, men wond zich op over de maatregelen tegen vuurwerk, over de wildparkeerders en afval in de wijk Rustenburg, over ’t verdwijnen van het Haagse Hopje, over asielzoekers in Laak, over de terugkeer van KoningsNach en over de nadeelcompensatie voor Kijkduin. Zo gaat het maar door.
Elke mug wordt bij De Mos een olifant. Zeker nu de gemeenteraadsverkiezingen van volgend jaar maart in zicht komen. En alsof de overdosis Hart voor Den Haag in de media nog niet genoeg is, begint de politieke partij vanaf eind januari ook een eigen radiostation. Dat gebeurt weliswaar op internet, maar toch. Er komt uiteraard ook een podcast; wie heeft er immers tegenwoordig geen podcast? Alles onder de slogan ‘En nu De Mos’.
Zijlijn
Want Hart voor Den Haag wil na al die jaren in de oppositie niet meer aan de zijlijn staan “Wij willen terug in het college, met een wethouder die De Mos heet, en met nog veel meer andere Hart voor Den Haag-wethouders die orde op zaken gaan stellen in onze stad.” Dat klinkt heel kordaat, maar vooralsnog is het maar de vraag of Richard de Mos straks de voor een wethouder noodzakelijke Verklaring Omtrent het Gedrag kan krijgen. Want weliswaar is de politicus door de rechter vrijgesproken van omkoping, hij is wel veroordeeld voor het schenden van het ambtsgeheim.
De Mos kreeg ook in hoger beroep hiervoor een voorwaardelijke geldboete, omdat hij vertrouwelijke informatie uit het college naar een sponsorende ondernemer en een journalist van Omroep West had gelekt. Volgens de rechter heeft hij daarmee ‘het functioneren van het openbaar bestuur ondermijnd’ en ‘grenzen met betrekking tot integriteit overschreden’. Deze ‘kleine reprimande’, zoals De Mos het zelf noemt, kan hem nog wel eens vies opbreken, want voor politieke ambtsdragers gelden juist hoge normen waar het de integriteit betreft.
Ondanks dit zwaard van Damocles boven 't hoofd van De Mos gaat Hart voor Den Haag vol bravoure de verkiezingen tegemoet. Dus blijven we bedolven worden onder plannen, ideetjes en verontwaardiging over van alles en nog wat. Of het nu om de kiosk in de Hoytemastraat, het behoud van de Daal- en Bergselaan of de avondopenstelling van de poffertjeskraam bij de Koekamp gaat.
En ik ben bang, dat nu De Mos’ landelijke politieke ambities eerst met Code Oranje en vervolgens met Belang van Nederland zijn gestrand, hij nog meer tijd heeft om de media te bestoken met alles wat Hart voor Den Haag wil.