“Wat vinden ZIJ van Rijswijk”(29): Pauline Krikke, burgemeester van Den Haag

21 February 2018, 00:00 uur
Algemeen
mainImage
Digitaal Dagblad
“Wat vinden ZIJ van Rijswijk”(29): Pauline Krikke, burgemeester van Den Haag

René Marquard interviewde ditmaal in de serie ‘Wat vinden ZIJ Van Rijswijk” Pauline Krikke, de burgemeester van Den Haag.

Burgemeester van Den Haag, hoe bevalt het tot nu toe?
Pauline Krikke: “Hartstikke goed! Ik ben nu bijna een jaar burgemeester en ik vind het ontzettend leuk en eervol. Ik ontmoet zoveel ondernemende mensen, zoveel vrijwilligers, die al hun energie steken in het beter maken van hun buurt of stadsdeel. Dat vind ik echt heel bijzonder. Tegelijkertijd is het burgemeesterschap ook een zware klus. Er moet de komende jaren veel gebeuren in Den Haag. Er komen tot 2040 100.000 nieuwe inwoners bij. Hoe zorgen we voor voldoende woningen en hoe komen zij snel van A naar B? Hoe maken we de omslag naar een echt duurzame gemeente? En hoe houden we de stad veilig? Ik ben zeer gemotiveerd om daar met de collega’s op het stadhuis en de mensen in de stad de schouders onder te zetten.”

Wat weet u van Rijswijk?
“Ik ken de hele gemeenteraad haha. Ik zat onlangs in Den Haag te eten in Restaurant Classique, waar studenten van ROC Mondriaan hun toekomstige beroep in de praktijk leren. Bleek mijn collega Michel Bezuijen en de hele gemeenteraad van Rijswijk daar ook te zitten. Ik heb iedereen de hand geschud en we hebben even gezellig staan praten.”

Wat is uw favoriete plek in het Rijswijkse?
“Het prachtige Landgoed Te Werve. Ik ging er laatst met de tram naartoe. Het bijzondere vind ik: het ligt in een stedelijke omgeving, maar als je de brug over loopt, waan je je in een andere wereld.”

Heeft u al gesprekken gevoerd met uw collega Burgemeester Michel Bezuijen?
“Jazeker! Ik ken Michel al heel lang. We zijn van dezelfde politieke partij, dus we kwamen elkaar ook al geregeld tegen, voordat ik burgemeester van Den Haag was. Nu zien we elkaar als collega’s van buurgemeenten, bijvoorbeeld binnen de Veiligheidsregio Haaglanden. Ik ben kort na mijn aantreden al een paar keer bij hem op bezoek geweest, eerst voor een etentje, later op het stadhuis van Rijswijk. Het is prettig samenwerken, je kunt goed afspraken maken met hem. En los van de zakelijke band, vind ik het ook gewoon een hartstikke leuke vent.



Hoe ziet u de samenwerking met Rijswijk?
“Den Haag is geen eiland, we moeten het in deze regio samen doen. Ik vind het dan ook van groot belang dat we in deze regio als gemeenten goed met elkaar samenwerken. De grote groei van de bevolking vindt de komende tien jaar plaats in de stedelijke regio's. De economie en de leefbaarheid daar moeten dus worden verstrekt. Daarom vind ik een sterk partnerschap zoals de MRDH, waar Rijswijk en Den Haag deel van uit maken, ook van groot belang. Daarnaast grenzen de beide gemeenten ook aan elkaar natuurlijk. Maar die grens wordt gelukkig nauwelijks gevoeld, zo is mijn ervaring. Mensen komen over en weer, bijvoorbeeld om te sporten of te winkelen.”



Kijkt u ook uit naar de gemeenteraadsverkiezingen?
“Uiteraard! Op 21 maart bepalen de mensen in de stad de koers voor de komende jaren. Dat stemrecht is een groot voorrecht, waarvan ik hoop dat veel mensen er gebruik van maken. Ik zet me als burgemeester in voor een hoge opkomst, met name onder groepen die de gang naar de stembus niet vanzelfsprekend maken: jongeren én ouderen. Zo gaan we met stembussen langs ROC’s rijden om de drempel voor jongeren te verlagen. En ik stuur iedere jongere die voor het eerst mag stemmen een ansichtkaart om ze op hun stemrecht te wijzen. Ook gaan we met pop-up stembureaus langs woonzorgcentra, zodat ouderen die moeilijk ter been zijn, toch hun stem kunnen uitbrengen.
Ik ben ook nieuwsgierig naar de uitslag natuurlijk. Als burgemeester sta ik buiten de campagne, maar als voorzitter van het college en van de gemeenteraad werk ik heel veel met partijen samen. Het zal dus ook van invloed zijn op mijn dagelijkse werk. Maar ik vind de verkiezingen bovenal van belang voor alle inwoners van Den Haag. Ik hoop dat er een gemeenteraad en een college komen, waarin zoveel mogelijk Hagenaars en Hagenezen zich zullen herkennen.”