Uit de geactualiseerde cijfers van het Museum Rijswijk blijkt dat de tekorten die voor 2018 en 2019 worden verwacht, lager zullen uitvallen dan oorspronkelijk in de Toekomstvisie Museum Rijswijk 2022 is aangegeven. Voor 2018 wordt een tekort verwacht van circa € 53.000,- i.p.v. € 70.000,- en voor 2019 een tekort van circa € 17.000,- i.p.v. € 37.000,-. Als de tekorten op basis van de betreffende vastgestelde jaarrekeningen inderdaad lager uitvallen, worden de voor deze jaren aan het museum te verstrekken leningdelen evenredig verlaagd.

De redenen waarom de tekorten lager zijn, is een gevolg van het feit dat het museum heeft geïnvesteerd in professionalisering. Vooral het succes van de Papier Biënnale (11.317 bezoekers) en de betere afstemming van andere tentoonstellingen op deze Biënnale wordt er circa 14% meer entreegelden gerealiseerd dan in de begroting 2018 was geraamd. Het positieve effect is vooral te danken aan de toename van de entreegelden. Tot en met 30 november 2018 bezochten 18.782 mensen het museum. Ook was de verkoop van de kunstwerken tijdens de Biënnale boven verwachting. Er was ook meer belangstelling voor het huren van zalen. In 2019 is de Textielbiënnale weer aan de beurt om tentoongesteld te worden. De ervaring leert dat het aantal bezoekers van deze biënnale altijd lager ligt dan een Papierbiënnale.

In het 1e halfjaar was de brutowinst van de horeca laag. In de loop van het jaar zijn er maatregelen genomen om het streefcijfer van de begroting te kunnen bereiken. Voor het onderdeel horeca verwacht het museum  een voortzetting van de stijgende lijn uit de 2e helft van 2018, mede door de verplaatsing van het café naar de voorzijde en het eventueel gebruik van het terras. Door de stijging van het aantal bezoekers is de omzet van de winkel, maar ook de marge sterk verbeterd. Dit laatste is bereikt door een kritische beoordeling van het inkoopproces. Ook de verkoop van kunstwerken tijdens de Biënnale had een positief effect.



De reguliere subsidie van de gemeente Rijswijk zal conform de begroting worden ontvangen. De subsidies en donaties van derden blijven naar verwachting circa € 6.000 achter bij de begroting.

De kosten van tentoonstellingen vallen naar verwachting ten opzichte van de begroting circa € 7.700 tegen. Dit heeft te maken met de extra tentoonstellingen in het laatste kwartaal 2018, waarvoor ook kosten moeten worden gemaakt. Hier staan wel extra bezoekersopbrengsten tegenover. Op de personeelskosten zal naar verwachting een nadelig verschil ontstaan van circa 37.000 euro. Dit wordt veroorzaakt door de inzet van een financieel controller. Dit kost meer, maar werkt kostenbesparend, zowel door de reductie op de kosten voor een extern boekhoudkantoor, als ook door een duidelijke efficiëntie- en professionaliseringsslag op de bedrijfsvoering. Ten tweede zijn er nagekomen detacheringskosten (over 2017) van de Schouwburg. Ten derde is een beperkte afkoopsom betaald aan een detacheringsbureau i.v.m. het in dienst nemen van de directeur.

Op de overige kostencomponenten, zoals kapitaallasten, huisvestingskosten, kantoorkosten en accountants- en administratiekosten zijn voordelen bereikt door kritischer en efficiënter op de kosten te letten. Dit is voor een belangrijk deel het rechtstreekse gevolg van het in dienst nemen van een financieel controller.

Het museum verwacht dat de positieve lijn uit 2018 doorgetrokken kan worden. Verder is er een positief effect van de herfinanciering van de lening van Fonds 1818 door Gemeente Rijswijk.