Footloose van RJT zit vol humor, ontroering, dans en zang

3 February 2019, 15:10 uur
Uitgaan
mainImage

Als Rijswijker moet je toch zeker naar een voorstelling van het Rijswijks Jeugdtheater. Het is alom bekend dat bij dit jeugdtheater het nodige talent rondloopt. Zaterdagavond was ik naar de musical Footloose van het Rijswijks Jeugdtheater waar de jongerengroep Nurt het publiek van de eerste tot de laatste minuut wist te raken met humor, ontroering, dans en zang! De musical was drie dagen te zien geweest in de Rijswijkse Schouwburg.

De filmklassieker uit 1984 was een succes in de Verenigde Staten en is wel degelijk gebaseerd op een waar gebeurd verhaal. Ren McCormack danst altijd, maar dan verhuist hij naar een streng gelovig dorp waar muziek en dans  bij wet verboden is. Samen met zijn nieuwe vrienden probeert Ren hier verandering in te brengen , maar dat gaat niet zo makkelijk.

Na afloop dacht ik bij mezelf: 'waarom vond ik het nu zo goed, waarom raakte het mij? Het is best wel eens moeilijk om dat goed over te brengen, maar het gaat er om hoe 'echt' er nu gespeeld kan worden.

Dat je ineens moet lachen en moment er op dat iets je kan ontroeren. En dan het dansen en zangtalent wat nog beter in de uitvoering was dan in de eerste avond!  Ik mag zeker niet het orkest vergeten, wat dat maakt het allemaal wel compleet. Een live orkest blijft toch het allermooiste.

Wanneer je publiek muisstil weet te krijgen bij bepaalde scenes en daarna weer lachend, meeklappend op de muziek dan doe je het toch goed! En dan hoor je dat allerlei mensen achter de schermen van het RJT ook nog eens bezig zijn met vervaardigen van kleding, bouwen van decorstukken, en ga zo maar door!! Na afloop dan de traditionele 'trapscene' waarin alle spelers van de trap komen en zich welgewild laten fotograferen. De nazit in Rij 23 is dan gezellig ter afsluiting en dan nog even nagenieten, en ik kan dan ook  genieten van al die jongeren die met veel  enthousiasme napraten .........en heel voorzichtig alweer denken aan de volgende voorstelling in 2019-2020.

Tekst: René Marquard