De motie van raadslid Nino Davituliani over het in gesprek gaan met en het geven van directe financiële steun aan het noodlijdende Hijs Hokij leverde woensdag een opmerkelijke opmerking op van verantwoordelijk wethouder Hilbert Bredemeijer. Toen hem andermaal door raadsleden werd gevraagd wat hij nu precies van de motie vond, tot die tijd slaagde hij erin een antwoord te ontwijken of hij de verwierp of omarmde, gaf hij aan dat hij niet wilde aangeven dat de motie overbodig was omdat dat door de media zou kunnen worden uitgelegd alsof hij praten met Hijs over de financiële situatie van de vereniging overbodig zou vinden.

In de minuten daarvoor had Bredemeijer namelijk proberen te voorkomen aan te geven wat hij nu echt van de motie vond. Waar raadsleden duidelijk maakten dat er toch echt werd gevraagd om financiële steun, zeker indienster Davituliani zag dat zo, las de wethouder de motie meer als een verzoek om met het bestuur van Hijs in gesprek te gaan over de situatie bij 'een van de best presterende topsportverenigingen van Den Haag'.

Daarvan kon Bredemeijer bij herhaling aangeven dat hij elke dag praat met alle 270 verenigingen in Den Haag, 'vanochtend nog via de app met Hijs', en dat er op dit moment vanuit de gemeente ook adminstratieve hulp wordt verleend aan de vereniging om te proberen beter inzicht te krijgen in de financiële situatie van de vereniging. De wethouder gaf aan dat de problemen ook vorig jaar al bestonden en dat de gemeente toen al een éénmalige financiële bijdrage aan de club had verleend. 

Woensdag leek het alsof Bredemeijer eerst dat onderzoek wil afwachten voor hij een beslissing neemt over nieuwe financiële steun aan Hijs.