Weinig vuurwerk donderdagavond tijdens de commissievergadering in de Rijswijkse gemeenteraad over het hoofdpijndossier Huis van de Stad. Het ging dan ook meer om een informatieavond voor de raad, de standpunten worden duidelijk tijdens een volgende raadsvergadering later dit jaar, maar na afloop is wel duidelijk hoe de stemming onder de politieke partijen over dit dossier is.
Slechtvalken
VVD en Onafhankelijk Rijswijk zijn nog steeds faliekant tegen, Rijswijks Belang twijfelt nog, de overige partijen neigen in te stemmen met voortzetting en realisering van de renovatie. Daar hangt dan wel een extra investeringsbudget van 6.375 miljoen euro aan, maar volgens verantwoordelijke wethouder Björn Lugthart (Wij. Rijswijk) is deze optie nog altijd financieel-economisch gunstiger dan het eerder bij de gemeenteraad besproken scenario om in het huidige kantoorgebouw Hoogvoorde te blijven, nieuwbouw te realiseren voor Centrum voor de Kunsten Trias dat, evenals de bibliotheek, medebewoner van het Huis van Stad wordt en sloop van stadhuis aan de Generaal Spoorlaan. En echte alternatieven zijn er niet.
Over twee zaken wensten de commissieleden opheldering van de wethouder: de vondst van asbest en de slechtvalken in de toren van het gebouw. Vanuit wet- en regelgeving mogen geen werkzaamheden in de onmiddellijke omgeving van het nest plaatsvinden, met vertraging van bouwwerkzaamheden als gevolg. De grootste financiële consequenties van de vertraging van de bouw van het Huis van de Stad komt echter voort uit de benodigde asbestsanering.
Kruis
Coen Sleddering, woordvoerder namens de VVD Rijswijk vond het maar een treurige avond, waarbij de miljoenen weer om de oren vliegen, miljoenen die de gemeente niet op de plank heeft liggen. Sleddering: “Er moet weer zeven miljoen bij geplust worden vanwege het asbest en de valken, maar het past allemaal nog in de business-case (haalbaarheidsstudie, redactie) van het project. Ik heb wel het idee dat wij als raad een bepaalde richting op worden gestuurd, koste wat het kost, en dat mogen dan miljoenen zijn, toch doorgaan en daar is de VVD buitengewoon fel tegen. Dit wordt een drama dossier, als het het al niet is, er komen steeds meer lasten, dat worden hoge lasten, dit wordt het grote kruis dat de gemeente zal moeten dragen de komende jaren. Het lijkt me ook beter om niet te praten over het Huis van de Stad, maar het Kruis van de Stad, wat we met z’n allen moeten dragen. En al die mensen die zo emotioneel zijn over ‘ach, die raadszaal is zo mooi, daar moeten we toch naar terug’, nou, er blijft niks van die raadszaal over, al het mooie hout moet verwijderd worden, want daar zit asbest achter, onvoorstelbaar dat wij dat nooit hebben geweten. Heeft de wethouder het gevoel dat het financieel nu klaar is? Is er nog ruimte in het budget voor nieuwe tegenvallers? Wethouder, tel uw zegeningen, het is leuk geweest, stop met dit project, zo snel mogelijk, ‘the dream is over’. Slecht idee vindt de wethouder: “Nu stoppen met de renovatie gaat de gemeente meer geld kosten dan wanneer wij doorgaan”.
Sleddering kreeg als enige steun van Romy de Man, woordvoerder van Onafhankelijk Rijswijk. Zij weet het zeker: “Het zal hier niet bij blijven. De maat was al vol, daar kan werkelijk niets meer bij. Onafhankelijk Rijswijk heeft vanaf het begin van dit project gewezen op de asbestproblematiek en de bouwkundige gebreken van het oude stadhuis. Wij hebben toen al een duidelijk standpunt ingenomen door als enige partij tegen te stemmen.
Wethouder Lugthart liet weten dat stoppen met de renovatie een slecht idee te vinden. “Nu stoppen gaat de gemeente meer geld kosten dan wanneer wij besluiten door te gaan”, aldus de wethouder. Hij kreeg daarbij de steun van een meerderheid van de raad. Er was veel onvrede over de asbestvondst en het niet rekenen houden met de valken, maar zolang alles nog binnen het budget past, mag Lugthart zijn gang gaan. In de wetenschap dat hij in dit dossier nog veel beren op de weg zou kunnen zien. Zo is er nog de parkeergarage, geen onderdeel van het businessplan, waarvan de kosten elders gehaald moeten worden.
Redactie: Peter Petit