Het CDA heeft vragen aan het College Rijswijk gesteld inzake leegstand en inzake misbruik van gesubsidieerde (sociale) woningen.

Deze vragen luiden als volgt. 

1.     Is het college bekend met de grote (bovengemiddelde) leegstand van woningen in Rijswijk, zoals beschreven in het AD van 12 mei jl.?

2.     Is het college ook bekend met het fenomeen dat huurders in deze regio misbruik maken van woonruimte in de sociale woningsector, en dat Rijswijk in Haaglanden de randgemeente met het hoogste percentage goedkope woningen is?

3.     Is het college met ons van mening, dat het Rijswijks gemeentebestuur zich in verband met de algemene woningnood enorme moeite getroost om woningbouw in Rijswijk mogelijk te maken, ondanks financiële risico’s, verkeersproblemen en het opofferen van groen?

4.     Vindt het college het acceptabel dat er dan tegelijkertijd in Rijswijk volgens het CBS zo’n 1000 woningen leeg staan?

5.     Wat doet het college in Rijswijk met de bevoegden ingevolge de Leegstandwet?

6.     En waarom leidt dat in Rijswijk niet tot betere resultaten in effectieve benutting en rechtvaardige verdeling van woonruimte?

7.     Wat gaat het college doen met woningcorporaties om misbruik van sociale huurwoningen (door onderverhuur) beter aan te pakken?

8.     Wat vindt het college van het door corporaties geconstateerde feit dat twee mensen die gaan samenwonen kennelijk geld genoeg hebben om twee sociale huurwoningen te blijven aanhouden? Komen gesubsidieerde woningen wel terecht bij de mensen die een normale woning niet kunnen betalen?

9.     Is het college met ons van mening dat de in de krant beschreven ontwikkelingen in Rijswijk een rechtvaardige verdeling van de schaarse goedkope woningen in de weg staan?

10.  Zo ja, wat gaat het college hier aan doen, in plaats van alleen bijbouwen?

Namens de fractie van het CDA Rijswijk

Menno van Enk