Het begon ergens in december en gaat in het nieuwe jaar gewoon verder: de lawine aan goede doelen tv-commercials. Of we de portemonnee willen trekken om het leefklimaat van armen en nooddruftigen minder te verontrusten. Het ene filmpje is nog tranentrekkender dan het andere. Ellende, misère en verdriet, dat gun je niemand. Maar gelukkig is het allemaal ver weg – Well tonight thank God it’s them instead of you, concludeerde Bob Geldof veertig jaar geleden al cynisch – dus we kunnen rustig slapen.
Wel jammer dat al die spotjes zo op elkaar lijken. De bomen en het bos. Toch sprong er één filmpje uit. De afzender ben ik kwijt, maar aan het woord en nogal veel in beeld was Frénk van der Linden, een veelvuldig onderscheiden publicist. In de commercial vertelt hij dat er in de rampgebieden waar uw en mijn geld naartoe moet ook gebrek is aan menskracht. Hij zegt het echt: menskracht. Altijd gedacht dat het mankracht was. Maar volgens Frénk is het dus menskracht. Moest ik daar nou om vloeken of lachen? Voor alle zekerheid beide maar gedaan.
Timmermens, Wittemens en Koemens...
We moeten, en niet alleen volgens Frénk, het begrip ‘man’ dus vervangen door ‘mens’, anders voelen vrouwen zich gekwetst. Wanneer je als vrouw je beste beentje voor zet, lever je dus geen mankracht, maar menskracht. Nee, geen vrouwkracht, want dan voelen mannen zich weer beledigd. Menskracht, en niet anders. Dat we die fout dus niet meer maken omdat we anders ik weet niet wie allemaal krenken tot op het emancipatoire bot. En om u niet nog meer te vermoeien sla ik de discussie over non-binariteit maar even over.
Laten we, stel ik voor, het roer dan ook maar helemaal omgooien. De leider van GL/PvdA noemen we voortaan Frans Timmermens en die bijna 80-jarige VARA-coryfee Paul Wittemens. De bondscoach en zijn assistent heten vanaf nu Ronald en Erwin Koemens. Mijn buitengroen wordt straks weer voorjaarsklaar gemaakt door een tuinmens. Door mijn wijk surveilleert een politiemens. Problemen met de overheid? Raadpleeg de Nationale Ombudsmens. En eeuwen oude uitdrukkingen veranderen dus ook: Een mens een mens, een woord een woord. Als de nood aan de mens komt. Kleren maken de mens. Anderhalve mens en een paardenkop. En ga zo nog maar even door. Tot en met aanstaand weekend wanneer we onze kicksen weer aantrekken onder het motto: Eerst de mens, dan de bal. Die Rob Rensenbrink was zijn tijd trouwens ver vooruit. Slangenmens.
De bakster, de slageres en de visboerin...
Overdrijf ik zoals gewoonlijk weer? Jazeker. Is dit dus allemaal grappig? Nee, niet in het minst, het is diep triest. De cocktail van vermeende genderdiscriminatie en deugen is in ons land ongezonde proporties aan het aannemen. Neem het vrouwenvoetbalveld. Degene die in het doel staat is de keeper. Die met de band om haar arm de aanvoerder. De spits is een aanvaller, de nummer 10 de spelmaker. Waarom al die begrippen vervrouwelijken tot keepster, aanvoerster enzovoort, wat je de meeste verslaggevers hoort doen? Onzin. Tenzij u vindt dat u uw brood haalt bij de bakster, uw karbonaadje bij de slageres en uw harinkje bij de visboerin.
Nog even voor alle duidelijkheid – in de hoop dat zijn partner Mylou Frencken, de vrolijke zingende lady-bartender van Met het mes op tafel, niet boos op me wordt: ik heb niets tegen Frénk van der Linden, ik ken de beste mens niet eens. Maar dat ze ook autoriteiten zoals hij hebben kunnen ompraten, zegt voldoende over de deugstaat die Nederland in een paar jaar tijd is geworden.