Sinds deze week weet heel Nederland weer waar Rijswijk ligt.
Of eigenlijk vooral de SBS6-kijkende kunstliefhebber. Rijswijk is landelijk nieuws. En, jawel, great again. Het Trump-nieuws is van de troon gestoten. En gelukkig, dit keer niet door extreemrechtse lokale politici die tegen asielzoekers of tegen reclamecampagnes met moslima’s strijden.
Nee, dit keer omdat de nimmer cameraschuwe Marc Weterings tegen een bureaucratische muur aanloopt. En dan bedoel ik niet figuurlijk: zijn meesterwerk van deze week was het landelijke nieuws halen met… een muur. Je verzint het niet.
Net zo min als je verzint dat het slopen van een oude sporthal, met veel politiek kunst- en vliegwerk mogelijk gemaakt, zou leiden tot de ontdekking van een zogenaamd belangrijk kunstwerk. De muur van de hal blijkt ineens een baksteenmozaïek en staat op een lijst van belangrijke kunstwerken uit de periode 1965-1990 van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.
Of kunst mooi is, daar kun je vaak over twisten. En het is natuurlijk ook een beetje onderdeel van de beleving. Maar dan moet je wel weten dat iets kunst is. En dat bruine bakstenen kunst zijn, dat wist geen Rijswijker. Het behouden van de muur van, wie kent hem niet, kunstenaar Theo van Amstel gaat 700.000 euro kosten. In plaats van de muur van onbegrip te erkennen, vindt GroenLinks-wethouder Marc Wit het bedrag een ‘klein onderdeel’ van een groter geheel. Na alle lastenverhogingen van de afgelopen tijd kan de Rijswijkse burger dit ook nog wel even slikken. Als klein onderdeel van een groter geheel.
En nu? Wat moet er met die muur gebeuren? De discussie tussen Marc en Marc zit muurvast. De muur blijft staan, maar de functie ervan is nog onbekend. Als onze extreemrechtse politici nou maar niet gaan voorstellen om de muur rond het dorp te plaatsen. Tegen het binnendringen van asielzoekers en reclameborden waar moslima’s op staan. We're gonna build a wall...a great wall! Onverdraagzaam, zoals we dat vaker hebben gezien.