De scheidsrechter bij Rusland-Oekraïne wil maar niet affluiten. Bij Israël-Palestina ziet het ernaar uit dat zelfs een strafschoppenserie geen winnaar zal opleveren. En dan wordt er ook nog met gele en rode kaarten gestrooid op de velden van klimaat, migratie, gas, toeslagen en nog een wedstrijdje of duizend. Ja, onze wereld staat in brand en in de verste verte geen fire-fighter te bekennen.
Moeten we dus maar de hele dag zitten kniezen en somberen? Onze woede en onmacht uitspugen via de socials? Elke dag naar tv kijken waarop de ene na de andere zelfbenoemde expert ons zijn of haar mening opdringt? Zelfs tegen de caissière van de super en in de voetbalkantine ons hart luchten over de rampspoed die ons dezer jaren zo gemeen tackelt?
Nee, geen goede ideeën. Gewoon onze ziel in lijdzaamheid bezitten, er zit niets anders op. Om wat je niet kunt beïnvloeden, moet je je niet druk maken. En al helemaal geen zorgen. Dat leerde mijn opa mij toen ik nog een snotneusje was. Nu ik een senior snotneus ben, denk ik daar nog precies zo over. Het zal mij worst wezen is misschien iets te bot en geeft de indruk dat het mij niets interesseert. Dat doet het mij namelijk wel. Maar ik kan er niets aan veranderen. Dus kan ik er niet mee zitten.
Liever doe ik mijn best om in mijn eigen wereldje de zon te laten schijnen. Bijvoorbeeld door veel te lachen. Dat doe ik al snel wanneer ik kijk naar voetbal, zowel wedstrijden en samenvattingen als interviews, praatprogramma’s en ander vertier. Zo sloeg ik mij op de knieën toen Hansje Kraay Steven Berghuis sprak. En hem, zichtbaar kwijlend, vroeg of Maurice Steijn eigenlijk wel een goede trainer was. Werktuigelijk dacht ik aan Aad Mansveld, Rinus Israel, Wim van Hanegem, Huub Stevens en andere klasbakken van toen. Die zouden de interviewer op zo’n vileine vraag geen antwoord hebben gegeven. Maar meteen een originele Bep van Klaveren op z’n kin.
In Hotel Hollandia, een door u en mij gefinancierd nieuw tv-programma, kwam ook iets voetballerigs voor. Louis van Gaal en Johan Derksen werden gepersifleerd. Ik heb me twee slagen in de rondte gelachen. Niet omdat het leuk was. Maar zó onbeschrijfelijk slecht, dat je er wel om lachen móést. Dat moet ik trouwens altijd wanneer ik iets hoor of zie waaraan Paul de Leeuw meedoet. Zou er op de wereld iemand leven die nog zelfingenomener is?
René van der Gijp veroorzaakt ook nog altijd de ene lachkramp na de andere. Hoe hij toch elke keer weer laat blijken op de lagere school tijdens Taal louter tienen te hebben gehaald. Dat hij daarom, om ons te prikkelen, bij de derde persoon tegenwoordige tijd altijd opzettelijk de t weglaat. En zegt: hij loop, hij dribbel, hij pass, hij spring, hij kop, hij scoor, hij juich. Logisch dat iedereen altijd schaterlachend naar hem kijk en luister.
Het aantal Ajax-grappen is ook niet te tellen en de ene is nog flauwer dan de andere. Maar ach, daar moet je tegen kunnen. Het spreekwoord van de hoge bomen en de grote hoeveelheden wind. De leukste grap heb ik hoogstpersoonlijk zelf bedacht. Ik ben achter de juiste schrijfwijze gekomen van de ontslagen Duitse Technisch Directeur. Sven Misluktat. Hij is flauw, ik geef het toe. Maar gun mij ook eens wat.
De KNVB, wat dachten we daarvan in het kader van voetbalhumor? Deelde vrolijk mee dat ze de One Love aanvoerdersband niet verplicht willen stellen in de eredivisie en eigenlijk vinden dat hij thuishoort in het rariteitenkabinet. “De verantwoordelijkheid om de armband te dragen ligt bij de clubs zelf,” verklaarde de programmamanager racisme en discriminatie van de KNVB nog maar eens duidelijk. De naam van de beste man: Houssin Bezzai. Jazeker, de ex-Spartaan zelve. Probeer dan je lachen maar eens in te houden.
Maar de primus inter pares is Ronald Waterreus, humoristischer worden ze niet meer gemaakt. Hij zei, geloof het of niet, en google het maar na, Ronald, zachte g en Haags matje in de nek, zei dat Max Verstappen… hij zei het echt… Ronald Waterreus zei dat Max Verstappen… ik maak echt geen grap… hij zei dat Max Verstappen… een grotere sportman is dan Johan Cruijff was. Maar we blijven lachen.