Mohamed el Majjaoui (rechts op de foto) en Arnout Timmerman van Wij. Rijswijk melden dat statushouders maar moeizaam aan het werk komen, zo berichtte het CBS op 17 april jl.: “Anderhalf jaar na het verkrijgen van een verblijfsvergunning in 2014 had gemiddeld 4 procent van de 18- tot 65-jarige asielzoekers werk. Een jaar later was dat opgelopen naar 11 procent.” Wij. Rijswijk constateert dat gemeenten in onze omgeving, zoals Leiden (ruim 30 procent) en Zoetermeer, die door een aanpak gericht op de duurzaamheid van de uitstroom uit de uitkering en coaching in staat zijn om die uitstroomcijfers flink op te hogen. Talenten en economische zelfstandigheid staan centraal.

“De fractie Wij. ontvangt signalen, dat er in Rijswijk meer aandacht besteed kan worden aan de duurzaamheid van de uitstroom. Terwijl de vacaturemarkt overspannen raakt, zitten er immers honderden gekwalificeerde mensen thuis. We spreken dan van vele mensen in de uitkering die over nuttige vaardigheden beschikken en niets liever willen dan aan de slag gaan om zinvol te participeren in de Nederlandse samenleving. En de taal leren gaat beter op de werkvloer dan thuis op de bank met je landgenoten.”

De fractie Wij. Rijswijk wil van het college weten hoe lang het gemiddeld duurt  voor de statushouder uitstroomt. De fractie vindt dat arbeid leidt tot succesvol en constructief participeren in de Nederlandse samenleving. Men vraagt ook of het Werkgeversservicepunt een specifieke aanpak voor de doelgroep statushouders heeft om een succesvolle matching te bewerkstelligen. Staan niet noodzakelijke procedures de arbeidsparticipatie van statushouders in de weg staan?